marjori.reismee.nl

Rouwfestijn

Vandaag is het Tasoa, de negende dag van Muharram en de eerste dag van de twee meest religieuze dagen van deze tijd. De ceremonies die we eerder hebben gezien zullen intenser zijn en morgen zijn piek bereiken. Alle winkels en bezienswaardigheden zijn dicht. Er is geen vervoer. We zullen onze dag dus anders moeten inrichten dan we normaal zouden doen. We laten ons leiden door Fahrad, die heeft wel wat ideeën voor vandaag.

We gaan eerst naar Fire tempel, moeders gaat mee. Daar aangekomen vergezellen Fatima en haar tante ons ook. De Fire tempel, wat ooit bij de Zoroastrians hoorde, staat bovenop een heuvel, vanwaar we uitzicht hebben over Esfahan. Ik merk aan Fahrad dat hij wat zenuwachtig is omdat Fatima erbij is. Luid bedankt hij ons voor 'the strategy', waarna Fatima vraagt waar hij het over heeft. Tactisch zijn is niet een van zijn sterkste kanten.

Na de Fire tempel bezoeken we een traditioneel huis. Ik weet niet hoe, maar Fahrad heeft geregeld dat we het kunnen bezichtigen. Fatima legt ons van alles uit over de voorwerpen die tentoon worden gesteld, waar die vroeger voor gebruikt werden. We staan versteld van haar kennis, op deze manier krijgen we veel meer mee. Na een rondleiding door het huis met courtyard komen de bakjes eten, nazri. Midden in het traditionele huis picknicken we, erg bijzonder om zo'n huis voor ons alleen te hebben.

Als we buiten komen zien we het verhaal van Imam Hossein uitgebeeld in poppen, te vergelijken met een soort uitgebreide kerststal. Er om heen zijn kindjes aan het spelen en spreken ons brutaal aan. Onze woordjes Farsi vinden ze hilarisch. Er volgt een optocht en we krijgen rozewater over ons heen gespoten. Ik zie een paar mannen op blote voeten lopen, ook een symbool van zelfkastijding.

Vervolgens bezoeken we nog een traditioneel huis, deze iets minder boeiend en gaan naar huis om even bij te komen, voordat we in de avond weer naar een ceremonie gaan. Voordat we een moskee opzoeken gaan we eerst naar Pole Khaju, een oude brug waar ik twee jaar geleden een liedje over heb geleerd. Nouja, ik kan me nog één zin herinneren. Onder de brug is een andere man aan het zingen. Hij heeft wel zangtalent. Voor Shahab zing ik de enige zin die ik nog ken, wat op de telefoon wordt vastgelegd als bewijs. De brug is mooi verlicht en om die reden erg fotogeniek. Een paar locals horen mijn paar woordjes Farsi en willen nog meer horen. Ik weet niet goed of ik nu word toegelachen of uitgelachen, maar iedereen vermaakt zich.

Na het vermaak wordt het tijd voor rouw. We gaan naar de grote moskee waar ik gisteren in mijn eentje ben binnen gegaan. Loriana en ik zijn de enige toeristen en we gaan met moeders even binnen kijken. Later staan we weer op het plein te kijken. Opnieuw zien we mannen zingen en met kettingen op hun rug slaan. We proberen een beetje onopvallend foto's te maken van mannen ar komen. Ook hij heeft kettingen in zijn hand en maken van het moment gebruik om samen op de foto te gaan. Zijn vader kijkt trots toe. Plotseling staat Fahrad naast ons met als enige mededeling: 'we have to go now'. We vinden het een nogal onbeleefde manier om zo een gesprek binnen te vallen en te eisen om het af te kappen en proberen het gesprek netjes af te ronden. We komen zo, delen we Fahrad mee. Hij belt ons direct erna en zegt dat hij iedereen naar ons ziet staren wat hij niet prettig vindt. Ja he he, welkom bij onze trip, dat hebben we continu. Direct raken we aan de praat met de jongen links van ons die ook nieuwsgierig is wat we hier doen. Hij heeft nog nooit toeristen gezien bij zo'n ceremonie. Ondertussen voelt Loriana de telefoon weer rinkelen. Net als we vragen wat de jongen, die toerisme studeert, er van vindt dat wij komen kijken, of hij het vervelend vindt, breekt Fahrad opnieuw in op dezelfde manier. Ok, misschien moeten we maar gaan.

We hebben allebei een nare nasmaak en ik spreek Fahrad op zijn gedrag aan. Wat maakt dat je zo een gesprek binnen komt vallen? We praten langs elkaar heen. Hij zegt niet te begrijpen waarom we niet luisteren bij de enige keer dat hij leiderschap toont en stelt voor om ons terug naar de moskee te brengen als het gesprek zo belangrijk voor ons was. Ik probeer uit te leggen dat het de manier waarop was wat we onbeleefd vonden en ook al was het mijn vader, ik ook niet zou luisteren. Hij praat over leiderschap, wat me nog meer het gevoel geeft dat vrouwen hier gedoemd zijn om te volgen, ik heb het over onbeleefdheid. De discussie gaat nog even door, ondertussen probeer ik modellen voor me te zien vanuit de psychologie die me hierbij kunnen helpen. Ohja, vragen blijven stellen. Hoe had hij voorgezien dat we zouden reageren? Opnieuw gaat het over leiderschap. Uiteindelijk komt de halve aap uit de mouw. Volgens Fahrad zijn we van begin tot eind in de gaten gehouden, wisten mensen dat we met Iraniers daar waren en zouden wij in de problemen kunnen komen als we ons anders zouden gedragen. Een man een hand geven zou al teveel kunnen zijn in de ogen van hele religieuze mensen. Daarnaast zijn mensen op dit soort dagen in alle staten en kunnen onvoorspelbaar reageren, aldus Fahrad. We bieden onze excuses aan, we zouden nooit willen dat iemand in de problemen komt door ons toedoen. Loriana en ik zijn toch een beetje zelfstandiger en eigenwijser dan ze in dit land gewend zijn. En door alle aardige mensen die we ontmoeten vergeet je haast met wat voor overheid je te maken hebt. Wij hebben natuurlijk geen idee eigenlijk en hebben ook niet al die dingen meegemaakt die Fahrad doorgemaakt heeft. Nog steeds begrijp ik echter niet waarom je ons hier naar toe zou nemen, dit had je op voorhand kunnen weten, of ons in ieder geval beter kunnen instrueren. Communiceren lijkt een magisch woord. Fahrad zou nog ergens naar toe willen om de avond leuker te laten eindigen, maar wij zijn vooral heel erg moe en willen graag slapen.

Tijdens Ashura, de tiende dag van Muharram gaan we naar Abyaneh, een klein dorpje bestaande uit rode kleihuisjes tegen de bergen. Het is twee uur rijden naar het noorden, onderweg komen we langs nucleaire kernreactoren waarvan weinig te zien is omdat ze ondergronds zijn. De tanks die ze beveiligen zijn wel te zien. Wanneer we bij de afslag aankomen, worden we gecontroleerd door politie, om te voorkomen dat Abyaneh overvol raakt. Omdat wij toeristen zijn mogen we doorrijden. Al snel komt er iemand aanrennen met soep, mensen zijn zo blij om nazri uit te delen.

In het dorpje aangekomen zijn er aardig wat andere toeristen, waarschijnlijk zo'n tourbus van een reisorganisatie aan de mensen te zien. We worden volgestauwd met zoetigheid. Er hangt een gemoedelijke sfeer en het is een fijne afwisseling om mensen niet alleen maar in zwart gekleed te zien. Er wonen veel oude vrouwtjes in het dorp, omhuld in bloemetjesjurken en sjalen. Het is de traditionele kleding van het dorp. Gewapend met stok begeven ze zich over de soms steile paadjes en ongelijke grond. Het is een mooi gezicht. Stiekem proberen we ze op de foto te zetten.

We komen aan bij de zogenaamde 'Nagle', een soort tempel die door mannen wordt gedragen. De Nagle wordt door de smalle steegjes naar beneden naar de moskee gedragen. Daar aangekomen staat er al een lange rij voor de Nazri die even later wordt uitgedeeld. Moeders gaat voor ons in de rij staan, zodat wij ondertussen de rest van het dorpje kunnen verkennen. De rij duurt minstens een uur. Fahrad had eerder in de rij willen staan, maar hoewel we Nederlanders zijn, we zijn hier niet voor het gratis eten. Na de lunch wordt de Nagle met touwen terug naar boven gehesen. Opnieuw worden er koekjes en thee uitgedeeld. We wilden onze hosts eigenlijk trakteren op een lunch als bedankje, maar tijdens Muharram blijkt dat onmogelijk.

Op de route naar huis stoppen we bij een ander dorp, waar een theaterstuk is over het verhaal Imam Hossein. We worden tegengehouden. Ook al zijn we helemaal bedekt en in het zwart gekleed is het niet genoeg, nee we moeten in chador. Binnen aangekomen staat het geluid heel hard, het galmt weer eens lekker hard door. Het duurt even voordat het bij me doordringt dat de vrouwelijke karakters door mannen worden gespeeld. Vrouwen mogen niet zingen, geen toneelspelen. Omdat het geluid wel erg hard staan blijven we niet lang en bezoeken we een naast gelegen minimusuem. Een man heeft allerlei materialen gerecycled om miniaturen van te maken, erg creatief. Ook brengen we nog even een bezoek aan een oude moskee. Achter de moskee is een soort van ruïne, waar we in klimmen. Ik moet voorzichtig zijn van Fahrad. Als ik zeg dat ze vooruit mogen, met als doel dat hij even alleen met Fatima is, begrijpt hij mijn hint niet. 'No we go together'. Ik word een beetje moe van de vast goed bedoelde zorgen, maar ik ben geen kind van 3. Ik heb behoefte aan vrijheid. Eerst een chador aan, dan niet mijn eigen kant op kunnen lopen. Morgen gaan we gelukkig naar Yazd en kunnen we weer onze eigen plan trekken.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!